Over Antiquariaat De Zilveren Eeuw en Rob de Bree
Doorgeven, aanbieden en ontmoeten
Doorgeven en overnemen / aanbieden en aannemen
De hele dag doe ik eigenlijk niets anders dan doorgeven. Dat brengt het homeprentje mooi in beeld. Als je niets in huis hebt, kun je niets doorgeven. Nou…. ik heb in de loop der tijden heel wat in huis gehaald.
Ik verkoop iemand een boek dat ik ooit van iemand anders heb overgenomen. Dan neem ik van hem of haar ook weer iets over of aan. Geld! Want dat is een van de brandstoffen waarop de zaak draait.
Maar dikwijls krijg ik ook informatie over iemands belangstellingsgebied. Of over de manier waarop ik klanten het beste kan benaderen. Klanten vertellen mij wetenswaardigheden over hun vak- of verzamelgebied. Of ze schrijven voor mijn website een blogje over een boek dat ze bij mij hebben gekocht.
Ik heb bijvoorbeeld een heel goed contact met iemand die afstamt van een belangrijke uitgever uit de IJzeren eeuw. Van hem ben ik veel te weten gekomen. Ook heb ik interessante contacten met nazaten van boekbinders, graveurs en lithografen. Of ik ontmoet mensen die een prentkunstenaar onder hun voorouders hebben of een zeeheld die op prenten is afgebeeld. Dan hoor of lees ik dikwijls iets over zo’n historische persoon wat ik nog niet wist.
Onze Zwolse stadsdichter voor het eeuwige leven, Rhijnvis Feith (1753-1824) werd in 2003 250 jaar. Samen met anderen heb ik op verschillende plaatsen in Zwolle zijn verjaardag gevierd. Onder het motto ‘Waarom dat bureau daar staat’ hebben we voor iedereen toegankelijke evenementen georganiseerd in het Stedelijk Museum Zwolle, in de bibliotheek, in de boekwinkel van Waanders Boekverkopers en in Schouwburg Odeon .
Bij de opening van een door mij ingerichte tentoonstelling in de bibliotheek over Feith en zijn tijd heb ik twee oud-collega’s (ook leraren Nederlands) ontmoet. Zij delen mijn belangstelling voor deze dichter en sindsdien heb ik menig gesprek over Feith en zijn werk met hen gehad.
Op Twitter laat ik afbeeldingen van mooie prenten, boekillustraties of boekbanden zien. Mijn bedoeling daarbij is vooral het plezier in oude boeken en prenten met anderen te delen. Via RT’s of vind-ik-leuks krijg ik dikwijls iets terug. Twitter levert mij geen geld op en de volgers lopen mij niet achterna. Wel geestverwanten. Reisgenoten zou Nijhoff zeggen.
De basis van de Nederlandse samenleving
Het gaat mij er altijd om mijn ‘verlengde 18de eeuw’, de basis van onze Nederlandse samenleving, steeds beter te leren kennen.
De lange achttiende eeuw is officieel de periode 1670-1830. Mijn verlengde 18de eeuw loopt tot 1880. Essentieel kenmerk van de lange achttiende eeuw is volgens André Hanou:
Het streven naar vrijheid (zelden zonder verantwoordelijkheidsgevoel) en het verlangen naar zelfontplooiing (nooit zonder het besef dat de maatschappij daar profijt van moet hebben).
Ik zie de verlengde achttiende eeuw als een 3luik. De periode 1750-1830 staat in het centrum van mijn belangstelling. De perioden 1670-1750 en 1830-1880 flankeren deze tijd: sturen erop aan en spelen erop in.
Bij mij en in mijn antiquariaat staat de cultuur van de verlengde 18de eeuw centraal. Literatuur en lectuur, prentkunst, vocale muziek en de geschiedenis van de democratie in Nederland.
Inspiratie
Vanuit mijn antiquariaat probeer ik mensen te inspireren. Ik breng ze in contact met het optimisme, de visie, de sociale instelling en de hoop van onze Nederlandse medeburgers uit de gouden, zilveren en ijzeren eeuw.
Ik ontmoet steeds mensen die mij inspireren!
Muzikanten: oom Rudi Heinz (die mij met Schlafe mein Prinzchen in slaap zong), Debbie Harry (Blondie), Kate Bush (Wuthering Heights), New Order (Power, Corruption & Lies), sopraan Clara de Vries (die mij jarenlang les heeft gegeven), bariton Bert van de Wetering (van wie ik alweer ’n paar jaar les heb), Jenneke Zweers (mijn vaste begeleidster), Sharon Poolman (romantische duetten)
Onderwijzers, leraren en wetenschappers: meester Eggermont (ontdekte in de 6de klas mijn zangtalent), professor Stutterheim (klein en vilein), professor Schöffer (bijvak geschiedenis), professor Minderaa (vriend van Marsman), Peter Smit, Albert Postma, Lieke van Deinsen
Leerlingen van de RSG Harderwijk: Djoemila Viegen (mijn charmante gids in de beschaafde wereld) , veel andere leden van mijn leerlingencabaret, heel veel leerlingen (van wie ik bijvoorbeeld poëzie leerde begrijpen)
Boekhandelaren: Couvreur, Vogel en Loose in Den Haag, Ab van der Steur, Jos Wijnhoven
Schrijvers en dichters: Gerbrand Adriaensz Bredero (liederen die doen denken aan Heine), Rhijnvis Feith (literatuurhervormer en Christen-democraat), Cornelis Loots (over wie ik mijn doctoraalscriptie schreef), Heinrich Heine (vooral op muziek van Schubert en Mendelssohn), Arthur van Schendel (Een zwerver verliefd en verdwaald), Bordewijk (niet om Bint) en Louis Paul Boon (stond altijd aan dezelfde kant als ik), Hildebrand (om zijn fantastische Camera Obscura)
Medewerkers: Tamara Koster, Martin van der Linde, Annelies Voogt, Ruben Stam, Ineke Reintjes, Maartje van Eerde
Mensen die ook van Rhijnvis Feith houden: Berend Siertsema, Bernadet van der Veen
Ontwerpers: Thijs Verster, Anja Kramer, Miranda Kruse
Beeldend kunstenaars: Anne Kreiter, Daniel Douglas, Carlien Dubben